+ + Oude Testament + Deuterocanonieke boeken + Nieuwe Testament
Hebreeën
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 24 %
Heb. 10
10:5 Daarom 1) zegt hij, terwijl hij komt naar de wereld:
Offerfeest en offergave hebt gij niet gewild 2),
maar gij hebt mij een lichaam 3) gegeven.
6
Brandoffers en zondoffers 4) behaagden u niet.
7 Toen zei ik:
Zie ik kom!
In de boekrol staat over mij geschreven God,
dat ik uw wil zal doen.
8 Hogerop zegt hij:
offerfeesten en offergaven,
brandoffers en zondoffers:
gij hebt ze niet gewild,
zij behaagden u niet,
ook al worden ze gebracht overeenkomstig de wet.
9 Dan heeft hij gezegd:
Zie ik kom om uw wil te doen.
Hij stelt het eerste buiten werking
om het tweede te doen gelden.
10 In deze wil zijn wij geheiligd
door de offergave van het lichaam van Jezus Christus,
eens en voorgoed.

1vertaling van Jaap Goorhuis
2Cf. Ps. 40:7-9
3σωμα in LXX (in B (Vaticanus, IV), S (Sinaïticus, IV) en A (alexandrinus, V). Ga (Psalterium Gallicanum, IV-IX) heeft ὠτία, oren
4Cf. Lev. 4,14 v